Perito Moreno: een gletsjer om nooit meer te vergeten

Perito Moreno: een gletsjer om nooit meer te vergeten



Tekst: Antje Veld
Beeld: Eveline Sleeboom

In het zuidwestelijke puntje van Argentinië ligt een van de meest indrukwekkende gletsjers ter wereld. Niet alleen omdat hij elke dag een stukje aangroeit. Ook omdat hij bezoekers onderdompelt in een blauwwitte wereld die voor altijd in hun geheugen staat gegrift.

Het geluid is nog het beste te omschrijven als onweer. We staan op een houten balkon halverwege een berg en kijken uit op Lago Argentino. Tegenover ons rijst een wand van ijs uit het meer omhoog. Deze vormt het einde van de dertig kilometer lange gletsjer Perito Moreno. Af en toe brokkelt er een stukje vanaf, dat vervolgens zo’n zeventig meter naar beneden valt. Op het moment dat de brokstukken het water raken, trekt een donderend geluid over het meer heen. We staan op zo’n tweehonderd meter afstand, dus het lawaai is wat vertraagd. Maar zelfs vanaf hier is de gletsjer, die zich over vijf kilometer breedte uitstrekt, indrukwekkend. Links en rechts ervan zijn de besneeuwde toppen te zien van de bergen die Los Glaciares National Park zo aantrekkelijk maken voor klimmers. Het park dat in 1981 tot werelderfgoed werd benoemd, is dan ook een verzameling van natuurgeweld in allerlei vormen.

Volgens onze gids Manuel zijn de kleine brokken ijs die in het water vallen nog niets vergeleken met de grote stukken die eens in de vijf jaar van de muur afscheuren. ‘Als die in het water donderen, lijkt het wel oorlog’, lacht hij. ‘Dat veroorzaakt hoge golven die vanuit het meer de oevers op rollen. Dan moet je niet net met je bootje langs varen.’
 



‘Vanwege het water dat binnenin tussen het ijs door stroomt, lijkt de wand doorschijnend lichtblauw’

Een half uur later zitten we zelf in een bootje. Het is nog niet zo lang geleden dat er een groot stuk ijs afscheurde, dus we hoeven ons geen zorgen te maken. De schipper zet alle opvarenden aan de overkant van het meer af, waar ons ijzige avontuur begint.


Wintersportdorp

Vanaf de Argentijnse hoofdstad Buenos Aires kunnen gletsjerliefhebbers in drie uur rechtstreeks naar El Calafate vliegen. Dit dorp, dat met zijn houten huisjes en verhuurwinkels doet denken aan een knus wintersportplaatsje, ligt op zo’n tachtig kilometer afstand van Los Glaciares National Park. Hier vertrekken bussen en touroperators dagelijks naar de gletsjer.

In de lokale winkels verhuren ze geen ski’s. Wel stevige wandelschoenen, winddichte jacks, handschoenen, mutsen en alles wat je nog meer nodig kunt hebben wanneer je over een gletsjer gaat wandelen.

Het National Park kent maar liefst 47 grote gletsjers, waarvan Perito Moreno de bekendste is. Waarschijnlijk omdat deze ijsmassa in tegenstelling tot veel andere gletsjers in de wereld niet krimpt, maar groeit. 

Glaciologen (wetenschappers gespecialiseerd in gletsjers) zijn er nog niet helemaal uit hoe het kan dat Perito Moreno zo’n twee meter per jaar aangroeit. Het heeft waarschijnlijk te maken met de ligging, de diepte en de temperatuur van het water. Maar hoe het precies zit, weten we nog steeds niet.

Verschillende touroperators organiseren vanuit El Calafate bootreizen door het National Park, waarbij je langs de vele verschillende gletsjers vaart. Een tweede optie om Perito Moreno te aanschouwen, is via een eenvoudige wandeling tegenover de gletsjer. Waarbij het pad en de aangelegde houten balkons een prachtig uitzicht bieden op de gigantische muur van ijs. Wie het aandurft om nog dichterbij te komen, kan onder begeleiding van speciaal daarvoor opgeleide gidsen op Perito Moreno zelf rondwandelen.


 

Toegankelijk

‘We maken eerst een wandeling van anderhalf uur, zodat we wat hoger komen en halverwege de gletsjer kunnen opstappen’, legt de gids uit. De wandeling leidt ons geleidelijk naar boven en slingert via een zandpad door een bos. Rechts van ons zien we steeds de enorme gletsjer liggen. Het begint langzaam te wennen, die enorme muur van ijs. Hoewel de bovenkant er vanaf hier nogal grillig uitziet, met scherpe punten en diepe groeven waarop het me lastig lopen lijkt. Toch is dat precies wat we over anderhalf uur gaan doen: over de gletsjer heen wandelen.

Het National Park trekt elk jaar zo’n honderdduizend bezoekers en is daarmee een van de populairste bezienswaardigheden van Argentinië. Het ligt op de grens met Chili en strekt zich over ruim zevenduizend vierkante kilometer uit. Het noordelijke deel van het park is vooral populair bij bergbeklimmers. De twee beroemdste toppen zijn Monte Fitz Roy (3405 meter) en Cerro Torre (3102 meter). Beiden verschuilen zich meestal in een dichte mist. Vanwege de steile vorm staat Fitz Roy bekend als een van de moeilijkste bergtoppen ter wereld om te beklimmen. Gemiddeld haalt slechts één persoon per jaar het om helemaal boven te komen. De gletsjer Perito Moreno, die in het zuidelijke deel van het park ligt, is gelukkig een stuk toegankelijker. Na anderhalf uur wandelen, rusten we even uit om wat te eten. We krijgen allemaal ijzeren spikes aangemeten die we aan de rand van de gletsjer onder onze schoenen binden. 


Whisky met ijs

De eerste stappen op het ijs voelen wat onwennig. Maar de scherpe punten die we vanaf een afstand zagen, vallen hier mee. Al snel geven we ons over aan de omgeving die iedereen uit ontzag en bewondering zwijgzaam maakt. Het voelt alsof we rondlopen in de animatiefilm Ice Age. Glooiende ijsheuvels wisselen af met felblauwe meertjes. We volgen onze nieuwe gids Maria, die is opgegroeid in de omgeving. Ze kent elke centimeter van de gletsjer en komt er bijna dagelijks. Met een stok prikt ze hier en daar in de sneeuw op plekken die er anders uit lijken te zien dan de dag ervoor.

We hebben geluk met het zonnetje. De wandeling over het ijs is niet zwaar. Maar de weersomstandigheden schijnen hier elk uur om te kunnen slaan. Voorlopig weerspiegelt de zon op de witte heuvels. We komen diepe geulen, watervallen die al klaterend onderin de gletsjer verdwijnen en ronde bogen van ijs tegen. De natuur is er onbedoeld geweldig in geslaagd om bezoekers te imponeren. Na drie uur rondwandelen nemen we weer afscheid van Perito Moreno. Op de terugweg krijgen we op de boot allemaal een glaasje whisky. Met daarin een grote klont ijs van de gletsjer.


Schapenbarbecue

Wie bij het lezen van deze titel denkt aan een barbecue waar je met z’n allen in een prachtig Patagonische Estancia geniet van een aan het spit gegaard lam of schaap heeft gelijk. Dat is namelijk dé manier om in Argentinië (en Chili) te barbecueën en moet je zeker proberen als je in Patagonië bent. Na een intensieve dag op het land maakten de cowboys al sinds lang vervlogen tijden een ‘cordero al palo’, waarbij het lam of schaap aan een stok wordt gekruisigd en boven het vuur wordt gegrild. Een traditie die bovendien vaak wordt vergezeld van een lekker kopje mate of een smakelijke rode wijn. ¡Buen provecho!


Kledingtips

Een gouden tip: neem laagjes mee. Voor Patagonië raden we aan zowel luchtige als warme, wind- én waterdichte kleding mee te nemen. In de Andes kan het flink koud worden, vooral als je de nationale parken in het zuiden ingaat zoals El Chalten, El Calafate en Tierra del Fuego. De temperaturen kunnen hier ’s nachts onder het vriespunt dalen.

Daarom handig om mee te nemen: T-shirts, een warme trui, een lange broek en een winddicht jack. Ook handschoenen en een muts zijn soms geen overbodige luxe. Overdag kan het daarentegen 20 tot 25 graden worden in Patagonië.


Beneden baai

Ushuaia is de zuidelijkst gelegen stad ter wereld. Hij ligt in de provincie Vuurland, in het ‘onderste puntje’ van Argentinië en er wonen zo’n zestigduizend mensen. De naam komt uit de taal van de oorspronkelijke bewoners de Yaghan en is afgeleid van ‘ush’ (beneden) en ‘waia’ (baai).


Geen visum

Nederlanders en Belgen hebben geen visum nodig om te reizen in Argentinië. Je mag er zonder visum maximaal 90 dagen verblijven. Wel moet je paspoort nog minimaal 6 maanden geldig zijn na terugkeer in België of Nederland

> Rondreizen Argentinië