Australische outback, de romantiek van de landveroveraar

Australische outback, de romantiek van de landveroveraar

De ‘outback’ is voor Australië wat het Wilde Westen is voor de Verenigde Staten. Slechts tien procent van de bevolking woont er, de rest leeft in de grote steden langs de kusten. Maar de outback, het lege en barre gebied dat het overgrote deel van het continent beslaat, bepaalt de identiteit van de Aussie.

Australiërs zijn niet alleen gepast trots op de prachtige natuur, de outback vertegenwoordigt vooral ook de romantiek van pioniers die zich (illegaal) vestigden op onherbergzame plaatsen, vogelvrijverklaarde ‘outlaws’ en werkzoekende landlopers.

Afgezien van een relatief klein gebied met grasland op kleigrond waar veeboeren schapen en koeien houden, is de outback kaal en droog. De bodem is rijk aan metalen en met een lucratieve mijnbouw. Maar ongeschikt voor veeteelt en zeker voor landbouw.
De outback is het domein van de dingo - de Australische wilde hond - en de verwilderde dromedaris. In centraal Australië leven naar schatting een half miljoen nazaten van de (Arabische) kameel die eind 19e eeuw werd ingevoerd als vervoermiddel.

A town called Alice
In het hart van de outback en vrijwel in het midden van het continent ligt Alice Springs, een stad van nog geen 30.000 zielen. De aparte cultuur en sfeer komen voort uit een fusie van aboriginal- en westelijke invloeden met het effect van het (over)leven in de woestijn.
Alice Springs heeft nog verschillende historische gebouwen, waaronder de oude
telegraafpost, de oorsprong van de st ad. Wie meer wil weten over de verschillende types omringende woestijn, kan terecht in het Alice Springs Desert Park of in de botanische tuin ‘Olive Pink’ bij het centrum.

Uluru
Het beeldmerk van Australië, Uluru/Ayers Rock, ligt 450 km ten zuidwesten van Alice Springs. De enorme rode zandstenen monoliet, 348 meter hoog en met een omtrek van 9,4 km, is heilig voor twee aboriginevolkeren. De rotswanden zijn rijk aan waterbronnen, grotten en rotsschilderingen. De Anangu, de traditionele landeigenaren, hechten grote waarde aan de culturele betekenis van Uluru. Als je een wandeltocht met ze maakt, leer je van alles over de flora en fauna, bushvoedsel en de traditionele verhalen uit dreamtime, de mythologie van de aborigines.

Ghan
Al meer dan een eeuw geleden werden delen aangelegd van de spoorlijn tussen Darwin, aan de noordkust, en Adelaide, aan de zuidkust. Het idee was dat de trein de kamelenkaravanen zou opvolgen die de Britten hier uit het Noord-Indiase (Pakistaanse) deel van hun rijk hadden ingevoerd. De plannen om de 3000 kilometer lange spoorlijn te voltooien, verdwenen lange tijd naar de achtergrond. Pas in 2003 kwamen de lijnen halverwege, in Alice Springs, bij elkaar en in februari 2004 reed de eerste passagierstrein dwars over het continent van kust naar kust. Deze trein, the Ghan, is genoemd naar de vroegere kameeldrijvers, die abusievelijk Afghanen werden genoemd. Hij rijdt nu twee keer per week in beide richtingen.

Uitzonderlijke planten en dieren
Hoewel het centraal-Australische milieu er op het eerste gezicht grimmig uitziet, blijkt het ecosysteem complex en levendig te zijn. Planten en dieren hebben zich aangepast aan de extreme omstandigheden in het gebied en vormen zo een uitzonderlijke verzameling. Van de 46 oorspronkelijke zoogdiersoorten waarvan bekend is dat ze hier ooit voorkwamen, zijn er nog 21 over. Daarmee komt het evenwicht in het landschap in gevaar en men heeft het plan opgevat om hier uitgestorven soorten te herintroduceren. Voorbeelden zijn de malleefowl, een gedrongen loopvogel van het formaat kip, en buideldieren als de oskoesoe, diverse wallaby’s en ratkangoeroes.

Coober Pedy
De naam van ’s werelds opalenhoofdstad Coober Pedy komt van ‘kupa piti’, ‘blanke man in een gat’ in aboriginetaal. De zomerse warmte heeft de meeste bewoners ertoe gebracht hun huis in de rotsen uit te hakken. In de constante temperatuur van de grotwoningen is airconditioning overbodig. De grasloze golfbaan buiten
de stad wordt bij voorkeur in de koelere avond bespeeld met lichtgevende ballen. Het desperate landschap in de omgeving heeft al veel films tot decor gediend, denk aan landende ruimteschepen en Mad Max.

Kakadu nationaal park
Kakadu is een enorm gevarieerd gebied half zo groot als Zwitserland. In de rivierdelta’s, wadden en verdronken land met mangroven, voelen veel vissoorten zich thuis, waaronder de barramundi. Kloven langs de kust en aan rivieroevers zijn begroeid met regenwoud. Typisch zijn bomen als de banyan- of bodhiboom met zijn opvallende luchtwortels en de kapokboom herkenbaar aan de stekelige stam, de grote rode bloemen en de peulen gevuld met kapok. Kakadu telt meer dan
280 verschillende vogels, ruim 60 zoogdiersoorten, meer dan 50 zoetwaterdieren waaronder de beschermde zoetwaterkrokodil, zo’n 10.000 verschillende insecten en meer dan 1600 plantensoorten. Het gebied is ook rijk aan culturele vondsten. Op meer dan 5000 plaatsen illustreert aboriginekunst duizenden jaren cultuur.

Kings Canyon
De wanden van de koningskloof rijzen meer dan honderd meter uit boven de Kings Creek op de bodem. Een deel van het ravijn is heilig voor de aborigines en wandelen buiten de paden wordt dan ook niet op prijs gesteld.
Desondanks zijn er een paar mooie wandelingen mogelijk, hetzij over de bodem van de kloof, dan wel via de steile heart attack hill naar een hooggelegen, spectaculair uitzichtpunt en verder over de rand van de kloof.
Halverwege kun je afdalen naar de Garden of Eden, een soort oase met water en een weelderige begroeiing. Daarna loop je door een enorm doolhof van verweerde zandstenen koepels die doen denken aan bijenkorven.

Olga’s

Kata Tjuta (‘veel hoofden’), ook bekend als de Olga’s, is een groep grote, koepelvormige rotsformaties. Ook deze plaats is heilige grond voor de aborigines. De 36 koepels die een oppervlakte van bijna 22 km2 bestrijken, hebben Mount Olga als hoogste punt: 546 meter boven de omringende vlakte en 203 meter hoger dan Uluru.